
Dat doet de sultan beter
23 januari 2013
Het verfrissende aan alleenheersers is vaak dat ze zonder enige gêne een cultuur van persoonsverheerlijking ondersteunen. In elk systeem, democratie of niet, is een leider van een land gebaat bij goede pr en zie je veel foto’s van hem of haar. Maar in landen waar het volk maar weinig te zeggen heeft, gebeurt dat soms met een overgave die zowel lachwekkend kan zijn als onthutsend. Sultan Hassanal Bolkiah van Brunei heeft in feite alle touwtjes in zijn kleine land in handen. Hij is staatshoofd, minister-president, minister van Financiën en minister van Defensie. En, eerlijk is eerlijk, daar lijkt in Brunei weinig bezwaar tegen te zijn. De 400.000 inwoners van het Aziatische staatje op het eiland Borneo hebben het relatief goed en klagen niet. Zeker niet over de sultan, die de scholen en medische voorzieningen in het land gratis maakte en ervoor zorgt dat iedereen voor niets een stuk land kan krijgen en een woning op afbetaling.
Maar er heerst in Brunei wel een persoonlijkheidscultuur rondom de sultan, en die komt vooral tot uitdrukking in het Royal Regalia Museum in de hoofdstad Bandar Seri Begawan. Het staat op de plek waar ooit het Winston Churchill Memorial stond en het feit dat de sultan juist daar zijn museum heeft laten neerzetten, zegt wel iets. Hij zorgde er namelijk voor dat het land onafhankelijk werd van de Britten. De toegang tot het museum is gratis, maar schoenen moeten uit en camera’s in een kluisje. Aan de muren hangen ontelbare foto’s van de sultan, zijn familie, de onderscheidingen die hij kreeg en de twee enorme gouden koetsen die hij liet bouwen voor zijn kroning en zijn zilveren regeringsjubileum. Deze koetsen werden door mensen voortgetrokken in een kleurrijke processie door de hoofdstad. Ook is de troon te zien waarop Zijne Majesteit werd gekroond, compleet met de gouden arm met open hand waarop hij zijn hoofd legde toen de kroon op zijn hoofd werd gezet. Ik heb er mijn ogen uitgekeken, dat begrijpt u. Het leukst waren de vele vitrines met geschenken die de sultan in de loop der jaren heeft gekregen van andere staatshoofden. Van een lachende marmeren walrus – een cadeau van de Canadese premier – tot en met een lelijk schildje mét foto van de omstreden president Assad van Syrië, het is allemaal te bezichtigen door het publiek. Om Wim Sonneveld’s beroemde act van De Stalmeester te citeren: ’Met kaartjes erbij van wie het is en met name ook wat het voorstelt en da's wel nodig, want er wordt wat afgeknutseld.’ Helaas is het Nederlandse hof niet zo open over wat men bij staatsbezoeken cadeau geeft en krijgt. Ik vraag het altijd, maar krijg zelden antwoord omdat men dat als privé beschouwt. Ik vind dat vreemd, want juist bij een staatsbezoek wordt er namens de staat iets gegeven en draaien wij – de belastingbetalers – op voor de kosten van zo’n geschenk. Zo zie je maar dat een democratie geen garantie is voor transparantie. Dat doet de sultan beter!