Column: Homohobby
9 maart 2012
En nu ben ik er klaar mee! Afgelopen maand werd er tot twee keer toe in de media geroepen dat royaltywatching typisch iets voor homo's is. Eerst was het Volkskrantrecensent Jean-Pierre Geelen die lollig dacht te zijn en voortborduurde op een kwinkslag van Albert Verlinde in RTL Boulevard. Hij schreef: 'Mannen (hetero's, PvdV) veren bij het woord vorst op en dromen van een Elfstedentocht. Kerels (homo's, PvdV) buigen zich dan over strak aangebonden Louis XIV-pakjes en andere tierelantijntjes.' Hij noemde en passant mijn naam en die van Marc van der Linden en Jeroen Snel. Best denigrerend. Toen ik hem via Twitter daarop aansprak, bleek dat hij mijn ongenoegen niet echt begreep.
Nog geen week later was het de beurt aan acteur Jeroen Spitzenberger. In een interview zei hij: ‘Mensen die geïnteresseerd zijn in het Koninklijk Huis zijn vaak homo. Vooral koninklijke huwelijken zijn een homohobby.’ Daarna zegt hij dat hij een hoop vrienden heeft die homo zijn die thuis zo’n hele rij oude VHS-banden hebben staan met allemaal koninklijke huwelijken en dan trots uit hun hoofd kunnen vertellen welk huwelijk waar plaatsvond. Nu zal het best zo zijn dat er onder royaltywatchers veel homoseksuelen rondlopen, maar ik kan u verzekeren dat het aantal hetero’s nog altijd in de meerderheid is. Bovendien is het totaal onbelangrijk wat iemands seksuele geaardheid is. Bij sportverslaggevers of politiek verslaggevers roepen we toch ook niet dat het een heterohobby is? Hopelijk worden we nu eindelijk eens volwassen in Nederland en beschouwen we homoseksualiteit niet meer als een rariteit. Het zou natuurlijk enorm helpen wanneer er eindelijk eens een prins of prinses uit de kast zou komen. Maar net als in de machowereld van de voetballerij is het helaas nog lang niet zover. Wanneer de eerste openlijke roze royal opstaat, gaat bij mij de regenboogvlag uit!