Olympische royals
11 februari 2010
Royals en de Olympische Spelen gaan samen als een bruine boterham en kaas. Het is een gouden combinatie omdat het voor beide partijen een win-win situatie is. De royals geven de Spelen extra aanzien en allure en de Spelen zijn voor de royals een mooie gelegenheid om het eigen land even te ontvluchten, te netwerken en vooral feest te vieren. Toen Willem-Alexander voor Nederland IOC-lid werd zorgde dat voor een grote rel. Een man met veel betere papieren voor deze erefunctie werd gepasseerd omdat de Prins van Oranje zijn zinnen had gezet op het IOC-lidmaatschap. In de Kamer was er ook wat weerstand, want het IOC zou de prins met heel wat ongure en corrupte figuren in contact gaan brengen. Maar de prins kreeg toch wat hij wilde en is inmiddels een man met aanzien geworden binnen de Olympische organisatie. En als er iemand is die er voor kan zorgen dat Nederland de Olympische Spelen van 2028 mag organiseren, dan is hij het wel.
Wellicht hebben we tegen die tijd ook een lid van de koninklijke familie die ons land op een sportonderdeel kan vertegenwoordigen. Want dát hebben we in ons land nog nooit gehad. In vele andere monarchieën waren er wel prinsen en prinsessen die zo goed in sport waren dat ze naar de Spelen konden. Sommigen wonnen daar ook een medaille.
De latere koning Olav van Noorwegen (1903-1991) haalde bij de Olympische Spelen in Amsterdam (1928) zelfs een gouden medaille met zeilen. Hij was toen nog kroonprins. Zijn zoon, de huidige koning Harald, deed – ook als kroonprins – mee aan de Spelen van Tokyo in 1964 en Mexico City in 1968. Maar echt succesvol was hij daar niet. Hij nam echter revanche door bij de wereldkampioenschappen zeilen brons, zilver en goud te winnen in respectievelijk 1988, 1982 en 1987. Vijf jaar geleden werd de koning nog Europees kampioen.
Constantijn van Griekenland bleek ook een kei in het zeilen. Hij behaalde goud bij de Olympische Spelen van 1960 in Rome. Constantijn werd in 1963, een jaar voordat hij koning van Griekenland werd, lid van het IOC namens Griekenland. Er ontstond een probleem toen Constantijn met zijn gezin Griekenland moest verlaten na een staatsgreep van het leger. Hoe kon Constantijn namens Griekenland voor de Spelen behouden blijven? Er werd een mooie oplossing gevonden: Constantijn werd ere-IOC-lid voor het leven en is sindsdien bij alle Olympische Spelen te vinden.
Prins Albert van Monaco is de royal die aan de meeste Spelen heeft meegedaan. De huidige vorst van het ministaatje aan de Middellandse Zee deed mee aan de Winterspelen van Calgary (1988), Albertville (1992), Lillehammer (1994), Nagano (1998) en Salt Lake City (2002). Ook hij is lid van het IOC en is daardoor een goede bekende van Willem-Alexander geworden. Prinses Anne deed in 1976 mee in Montreal, als lid van het Britse hippische delegatie. Ze sleepte er echter geen edelmetaal in de wacht. Haar dochter, Zara Philips, leek dé kandidaat om op de Spelen van 2004 en 2008 een medaille in de wacht te slepen. Maar vlak voor beide Spelen liep haar paard Toytown tijdens trainingen een blessure op. Wellicht dat Zara in 2012, als de Spelen in Londen worden gehouden, eindelijk haar kans kan grijpen.